Wat voor type krullen heb ik?
Een van de meest gestelde vragen van mijn krullen klanten zijn: wat voor type krullen heb ik? Elk haar is verschillend en zal dus ook anders krullen. Misschien ben je al bekend met de termen als: Porositeit, elasticiteit, dikte van het haar en krultype. Dit zijn wat begrippen die te maken hebben met jouw haareigenschappen en de producten die jij kan gebruiken. Het is geen hogere wiskunde om de testen op je haar uit te voeren, maar ze zijn wel heel waardevol voor de juiste verzorging van je haar.
Bij mij in de salon doe ik altijd een haartest op jouw haren, zodat ik de producten kan aanpassen op de behoeftes van het type krullen. Er zijn meerdere bronnen die voorbeelden geven van krultypes en deze kunnen van elkaar verschillen. In onze salon knippen we met de Global Curl techniek en houden we de krultypes van Het Krullenboek aan. Dit Krullenboek is geschreven door Saskia Idema en is te verkrijgen in mijn salon.
Soorten krullen
Er zijn 4 verschillende krultypes die elk 3 subtypes hebben. Hieronder worden ze allemaal uitgelegd.
Type 1: stijl haar. Type 1 wordt gezien als haar waar geen krul patroon in zit en niet pluis gevoelig is.
Krultype 2: Wavy, golvend haar. Binnen dit type heb je 2a, 2b en 2c.
- 2a zit het dichtste bij krultype 1 en heeft dus een golf in het haar.
- Type 2b wordt al meer golvend met grote luchtige ‘s’ golven
- 2c ook weer meer golvend. Vaak is dit type haar net wat fijner en kan vaak niet tegen al te zware producten.
Krultype 3: Dit type wordt echt gezien als krullen en heeft een lossere krul tot dichtere krul. Bij dit type haar wordt de veerkrachtigheid van de krullen steeds hoger.
- Heb je type 3a, dan heb je een grote krul in het haar die zichtbaar en individueel zijn.
- Type 3b is een dichtere en sterkere krul. Deze krul veert ook meer terug. Deze krullen kunnen varieren in de grootte.
- Bij 3c is een dichtere krul. Dit zijn dan ook strakkere krullen met veel volume.
Krultype 4 wordt ook wel kinky krullen genoemd. Dit haar is kroesachtig met hele kleine krullen die dicht op elkaar staan.
- Type 4a zijn krullen die erg dicht op elkaar staan met een kleine krul.
- Krultype 4b begint al meer krullen met kleine hoeken te krijgen. Het is een zigzagpatroon en de krullen zijn minder zichtbaar. Bij dit type haar is de krul erg strak.
- Bij het krultype 4c is de krul helemaal niet meer zichtbaar en is de krul een strak zigzagpatroon.
Dikte van het haar
De densiteit, ook haardikte genoemd, kijk je naar de of jouw individuele haren fijn, gemiddeld of dik zijn.
Om dit te testen pak je een haartje vast tussen je vingers en wrijf ze over elkaar. Voel je het haartje niet, heb je dun haar. Voel je het haartje een beetje, heb je gemiddeld haar. Is het haartje erg aanwezig als je ze tussen je vingers aan het wrijven bent, dan zul je dik haar hebben.
Dichtheid van het haar
Zo kan je ook kijken naar de dichtheid van de haren.Ga voor de spiegel staan en kijk of je veel hoofdhuid kan zien. Zie je veel hoofdhuid? Dan heb je weinig haar. Zie je maar een beetje hoofdhuid? Dan heb je een gemiddelde hoeveelheid haren. Als je bijna geen hoofdhuid ziet, dan heb je veel haar.
Elasticiteit
Is jouw haar erg elastisch of veert het helemaal niet mee? Het is belangrijk om de elasticiteit van je haar te meten omdat het kan helpen om te begrijpen hoe gezond je haar is en hoe je het haar het beste kunt verzorgen. Haar met een goede elasticiteit is sterk en elastisch, wat betekent dat het beter bestand is tegen breken en uitvallen. Haar met een slechte elasticiteit is minder elastisch en kan sneller breken of uitvallen.
Bijvoorbeeld, als je haar een hoge porositeit heeft en daardoor minder elastisch is, kun je producten gebruiken die het haar helpen om vocht te behouden en te versterken, zoals een conditioner of een haarmasker. Als je haar een lage porositeit heeft en daardoor meer elastisch is, kun je producten gebruiken die helpen om het haar te ontwarren en te stylen, zoals een leave-in conditioner of een haarspray.
Doe deze test regelmatig, naarmate de seizoenen, hitte of het kleuren van het haar kan de elasticiteit veranderen.
Test 1
Voor deze test heb je één natte haar nodig. Pak deze haar vast met twee handen en ongeveer 5 centimeter uit elkaar. Trek de haar voorzichtig en langzaam uit elkaar, totdat de haar breekt.
- Als de haar direct breekt kan je spreken van een lage elasticiteit.
- Het haartje veert nog een klein beetje meer voordat deze breekt, dan heb je een normale elasticiteit.
- Als het haartje goed mee rekt, niet terug veert in de oorspronkelijke staat en pas laat breken heb je last van een hoge elasticiteit.
Test 2
Deze test wordt uitgevoerd op nat haar en met een bundel van ongeveer 10 haren.
Houdt beide kanten van het haar vast, trek weer voorzichtig aan de bundel. Hierbij hoef je de haren niet kapot te trekken maar alleen te kijken of ze verlengen. Kijk hoe goed het bundeltje haren mee veert.
- Veren de haren niet mee en kan je ze als het ware niet verlengen. Breken ze per ongeluk of blijven ze de oorspronkelijke vorm behouden? Dan is er sprake van een lage elasticiteit.
- Als de haren een beetje mee rekken en weer netjes terug veren als je ze loslaat, heb je een normale elasticiteit.
- Rekken de haren ver mee en gaan de haren niet terug naar de originele staat als je ze loslaat. Dus blijven ze uitgerekt? Dan heb je een hoge elasticiteit.
Porositeit
Elk haartje op je hoofd heeft haarschubben. Het is belangrijk om te onthouden dat porositeit van haar kan veranderen, afhankelijk van verschillende factoren, zoals hoe vaak je je haar wast, hoe vaak je chemische behandelingen gebruikt en hoe vaak je je haar blootstelt aan hitte. Het is daarom aan te raden om de porositeit van je haar regelmatig te testen om ervoor te zorgen dat je de juiste verzorging voor je haar gebruikt.
Bij een lage porositeit merk je dat het wat langer duurt voordat je haar goed nat wordt. Het haar neemt water dus minder snel op omdat de haarschubben dicht staan.
Bij een hoge porositeit neemt je haar erg gemakkelijk water op. Bij geblondeerd of hittebeschadigd haar komt het vaker voor dat het haar een hoge porositeit heeft.
Test 1
Na het douchen laat je het haar aan de lucht drogen. Belangrijk is hier dat je het niet in een knot of staart draagt. Houd bij hoelang het duurt voordat je haar volledig droog is.
- Lage porositeit: Als het langer dan acht uur duurt voordat het haar droog is
- Normale porositeit: Is het haar volledig droog tussen de 2 en 8 uur? Dan heb je een normale porositeit.
- Hoge porositeit: Is je haar heel snel droog? Dan heb je een hoge porositeit.
Test 2
Pak een (droog) haartje die nog aan je hoofd vast zit. Ga langzaam met je vingers van boven naar beneden, doe dit nog op een paar andere haartjes op het hoofd. Waar je op moet letten is of je bobbeltjes voelt in het haar.
- Lage porositeit: Je voelt helemaal geen bobbeltjes
- Normale porositeit: Hier voel je af en toe wat bobbeltjes
- Hoge porositeit: Voel je op meerdere haartjes bobbeltjes? Dan heb je een hoge porositeit.
Ben je er nu achter gekomen welk type krullen je hebt, of kom je er nog niet helemaal uit en wil je weten welke verzorging je nodig hebt? Maak dan snel een afspraak en ik dan kijken we samen naar een passend advies voor jou.
TIP! Het Krullenboek, wat te verkrijgen is in mijn salon, is een heel leuk cadeautje voor je krullen vriendin.
